Hallo,
Al enige tijd houdt het volgende me bezig: in het boek “Scheepswerf De Kroonprinces” van Herman de Man komt op zeker moment de term “klootzakken” voor. Uit de contex kan ik opmaken dat het een werkwoord moet zijn. Het heeft te maken met het opknappen/onderhouden van houten schepen. Ik heb al in heel wat woordenboeken gezocht, maar vind alleen maar de “moderne” betekenis van het woord, en die kende ik al lang.
Wie kan mij helpen?
Bij voorbaat dank
S. Bekkers